Thomas Smolders (25) is een digital native die van sociale media zijn beroep heeft gemaakt. Hij volgt nieuwe technologische ontwikkelingen op de voet en is dan ook verbaasd wanneer hij merkt dat vele mensen niet mee zijn met de digitale revolutie. In zijn boek ‘Achter onze schermen’ waarschuwt hij voor de breuklijn die steeds dieper wordt. Hier vertelt hij waarom we gemiddeld dagelijks gemiddeld 221 keer naar onze smartphone grijpen en hoe we onze schermtijd kunnen terugdringen. Illustratie:Ine T’Sjoen
Een van de zinnen die ik het meest gehoord heb in mijn jeugd is: “Leg dat nu even neer en wees kalm.” Een uitspraak die vooral viel omdat ik alles wat in m’n handen terechtkwam omtoverde tot een fidget spinner. Bierviltjes, balpennen, theekopjes werden nerveus rondgedraaid, tot ik op mijn twaalfde een speeltje kreeg dat ik nadien nooit meer heb losgelaten: een gsm – later smartphone.
Flash forward naar een groot decennium later. Onlangs installeerde ik een app die kon bijhouden hoeveel tijd je op je smartphone doorbrengt. Een halve week later heb ik die opnieuw verwijderd toen ik merkte dat het ding niets meer registreerde eenmaal je de limiet van vier uur per dag had overschreden – wat in mijn geval zo rond het middaguur is.
“Volgens de recente Digimeter spendeert 49,6% van de ondervraagden dagelijks meer dan een uur op Facebook.”
Ik ben niet de enige: volgens een studie uit 2014 grijpen we dagelijks gemiddeld 221 keer naar onze smartphone. Even scrollen op Facebook, drie foto’s op Instagram liken, wat bizarre shit op Reddit bekijken: dagelijks spenderen we er ontzettend veel uren aan. En dat is geen literaire overdrijving, want ook in de recente Digimeter zien we die cijfers terug: 49,6% van de ondervraagden spendeert dagelijks meer dan een uur op Facebook, meer dan een tiende zelfs meer dan drie uur per dag. Tel daarbij nog eens 32% die iedere dag meer dan een uur op Instagram en 25% die dagelijks zoveel tijd op YouTube spendeert bij op, en je beseft hoe enorm veel tijd we op onze smartphones doorbrengen.
Hoe komt dat eigenlijk? Wat kun je er tegen doen?
Lang heb ik gedacht dat het puur aan mezelf lag. Dat ik en de anderen die met hetzelfde probleem kampten gewoon geen karakter hadden. ‘Verbeter de wereld, begin bij jezelf’ is niet alleen een leuke Bond Zonder Naam-spreuk, maar zou misschien ook de oplossing van het probleem kunnen zijn. Even op de tanden bijten en afkicken.
Twee jaar geleden ging ik als test die uitdaging eens aan en leefde ik een maand zonder sociale media. Die periode – waarover ik nadien deze blogpost schreef – heeft me zowel de voor- als nadelen doen inzien.
Toen ik na een maand mijn smartphone weer vastnam, besloot ik voortaan anders te handelen in de hoop er zo minder tijd aan te spenderen. Na tien uur ’s avonds zou ik m’n telefoon niet meer gebruiken, ik zou applicaties installeren die sociale media voor een bepaalde tijd blokkeren, ging plekken zoeken waar ik geen WiFi had… Die trucjes hielpen – de ene al beter dan de ander – maar toch bleef de drang om naar mijn telefoon te grijpen best groot. Waarom toch?
“Heel wat sociale media zijn één groot psychologisch experiment waarbij tot op de millimeter wordt afgemeten waar we op klikken.”
Misschien is het interessant om te kijken naar het businessmodel van de sociale en online media – van Facebook tot Knack, van YouTube tot Newsmonkey. Die verdienen nog steeds vooral geld met ‘het vastgrijpen van aandacht en die vervolgens omzetten in geld’. Heel wat sociale media zijn één groot psychologisch experiment waarbij via programma’s als Hotjar tot op de millimeter wordt afgemeten waar we op klikken. Wanneer nieuwssites een interview op sociale media delen is de kans groot dat de titel en afbeelding die het stuk heeft er bij mij anders uitzien dan bij mijn buurman – terwijl het wel over hetzelfde artikel gaat. Er wordt getest welke het beste werkt, waarna we meer van hetzelfde te zien krijgen. Als ratten worden we door dokters bestudeerd – het is dan ook geen toeval dat er bij de grote techbedrijven honderden sociologen en psychologen werken.
Wanneer we willen dat een smartphone weer een hulpmiddel in plaats van een verslaving wordt, moeten we ook het systeem erachter veranderen. Hoe zou de online wereld eruitzien als die niet langer gefocust is op ‘aandacht’ maar op ‘voldoening’? Een wereld waarin je je na het lezen van een artikel niet vuil maar voldaan voelt? Dat kan onder andere door niet langer afhankelijk te zijn van reclame-inkomsten. Voor advertentievrije platformen zoals bijvoorbeeld Apache of De Correspondent, die afhankelijk zijn van inkomsten van lezers, is het nadelig als hun leden na het surfen het gevoel hebben dat ze tijd vergooiden.
Pas wanneer dat besef doordringt kunnen we smartphones pas écht weer gebruiken als een hulpmiddel, in plaats van een potentiële verslaving. Nu zijn sociale en digitale media namelijk zo ontworpen dat je er bewust verslaafd aan raakt en rusteloos van wordt. Dat beweert ook Tristan Harris, in een vorig leven Design Ethicus bij Google. Hij was de bewuste rusteloosheid en afleiding van technologie beu, en creëerde Time Well Spent. Met zijn beweging, die intussen zo’n 65,000 aanhangers telt, wil hij de aandacht op het probleem vestigen en bij techbedrijven lobbyen voor een andere manier van denken.
De boodschap die hij brengt is vrij uniek: hij wil technologie niet afzweren, maar laten aanpassen. Net omdat ze zo inspeelt op onze primaire (sociale) behoeften en reflexen – van erkenning en groepsgevoel tot zaken als klassieke conditionering – kan ze ook zo gebouwd worden dat mensen er wel beter mee om kunnen gaan.
“Wat zou er gebeuren als mails niet toekomen nadat ze verzonden zijn, maar wanneer jij tijd hebt om ze te lezen?”
Die verandering wil Tristan in drie stappen brengen. Zo focust hij in eerste instantie op het veranderen van de gewoontes. Mensen zitten in een bepaald patroon – onze duim zweeft zonder nadenken richting de app van Facebook van zodra we de telefoon vast hebben – dat makkelijk doorbroken kan worden via simpele ingrepen als het verplaatsen van apps.
Vervolgens wil Tristan ook het design van onze smartphones en applicaties onder handen nemen. Nu zijn die vooral gericht op het vastgrijpen en -houden van onze aandacht, met alle gevolgen van dien. Hoe meer onze telefoon trilt, hoe meer cortisol – en dus: stress – we krijgen. Maar wat zou er gebeuren als mails niet toekomen nadat ze verzonden zijn, maar wanneer jij tijd hebt om ze te lezen? Of als newsfeeds niet langer eindeloos zijn en we meer overzicht hebben over wat we in welke periode we kunnen lezen of kijken? Het zijn maar enkele voorbeelden die Tristan bedacht, en waarvoor hij lobbyt bij bedrijven als Meetup, Duolingo en Headspace.
Met succes, want zij redeneren intussen ook volgens de filosofie van Time Well Spent. Pas wanneer meer techbedrijven en nieuwssites volgen kan de bal écht aan het rollen gaan. Dat is de derde – en moeilijkste – stap: het systeem van binnenuit veranderen. Niet langer blind staren op het vastgrijpen van aandacht, maar ervoor zorgen dat we technologie kunnen gebruiken op een manier die ons het beste kan dienen.
Een ambitieuze opdracht, waar Tristan en zijn collega’s wellicht nog jaren mee bezig zullen zijn. Wie minder afhankelijk wil zijn van zijn of haar smartphone hoeft niet op dat moment te wachten, maar kan alvast aan de slag met de eerste stap: je gewoontes aanpassen!
Illustratie: Ine T’Sjoen
Lees ook: Waarom iedereen wakker zou moeten liggen van de impact van technologie
Achter onze schermen, overleven in de digitale wereld is uitgegeven bij Polis.
Schrijf je reactie