Wie Charlie Magazine in 2019 leest, realiseert zich misschien niet dat de eerste vrouwentijdschriften zo’n 250 jaar geleden werden gepubliceerd. Het perslandschap in de achttiende eeuw werd echter vooral gedomineerd door mannelijke redacteurs, waardoor hun vrouwelijke tegenhangers doorheen de eeuwen veelal in een vergeethoekje zijn beland. Tijd om ze vanonder het stof te halen. Door Charlotte D’Eer
Bestonden er dan al veel vrouwentijdschriften in de achttiende en negentiende eeuw? Er waren er best wel wat. Momenteel werk ik als onderzoekster bij het WeChangEd-team (‘Women Editors of Change’) aan de Universiteit van Gent dat de gegevens verzamelt van alle vrouwelijke redactrices die tijdschriften redigeerden tussen 1710 en 1920. Alle informatie die we kunnen vinden in bibliotheken, archieven of op het internet (Wikipedia!), wordt vervolgens in een databank gecatalogeerd. De teller staat momenteel op meer dan 1700 vrouwen en tijdschriften en daar komen er wekelijks nog bij. Vooral Engeland, Frankrijk en Duitsland waren er vroeg bij, maar ook in Estland, Polen of Griekenland vond je in de negentiende eeuw ook al vrouwen aan het roer van hun eigen publicatie. Via de nieuwste technologieën zijn we bovendien in staat om al die data met elkaar te verbinden. Zo kunnen we zien hoe vrouwen elkaar ontmoetten, beïnvloedden of zelfs samenwerkten.
“De Verlichtingsidealen waarin vrijheid van meningsuiting en gelijkheid voorop stonden, golden niet voor iedereen.”
Hoe werd je redactrice in de achttiende of negentiende eeuw? Vrouwen stonden veelal voor een grote opgave. Zo moesten ze er eerst en vooral voor zorgen dat ze zelf een plaatsje konden veroveren in het perslandschap, een echt mannenbastion. De Verlichtingsidealen waarin vrijheid van meningsuiting, een goede opleiding en gelijkheid voorop stonden, golden duidelijk niet voor iedereen. In de achttiende eeuw hadden vrouwen weinig tot geen politieke rechten en waren ze voorbestemd om te trouwen, kinderen te baren en voor het huishouden te zorgen. Het is in deze context dat de eerste vrouwentijdschriften ontstonden en redactrices hun eigen stem ontwikkelden. Net als vandaag waren vrouwen in die tijd fulltime multitaskers die als schrijfsters, (proto-)feministes, moeders, journalisten en wereldreizigsters probeerden om een carrière als redactrice vorm te geven.
Hoe kregen ze dit dan voor elkaar? Door samen te werken. Als de stroom aan getuigenissen van de huidige MeToo-beweging ons iets hebben geleerd, dan is het wel dat klasse-, gender- en kleuroverschrijdende solidariteit een hefboom kan zijn voor sociale verandering. Dat hadden vrouwen toen ook al begrepen. De beslissing om een tijdschrift uit te geven was vaak een samenwerking tussen verschillende journalisten, redacteurs en redactrices, uitgevers en auteurs.
“Tijdschriften werden dus niet enkel gelezen, ze werden ook ‘beleefd’.”
Werden die tijdschriften dan vooral door vrouwen gelezen? Jazeker, en vaak ook door mannen. Omdat tijdschriften geld kostten, kwamen abonnees veelal uit adellijke of burgerlijke milieus. ‘Lezen’ was echter een ruim begrip in de achttiende eeuw. Mensen kwamen vaak samen in koffiehuizen, in huiskamers of salons en lazen elkaar voor, gaven kopieën door en discussieerden over de inhoud. Tijdschriften werden dus niet enkel gelezen, ze werden ook ‘beleefd’. Vooral voor laagopgeleide vrouwen was dit ontzettend van belang, omdat analfabetisme gangbaar was.
Hoe zag zo’n vrouwentijdschrift er dan uit? Dat verandert natuurlijk doorheen de tijd. In de achttiende eeuw waren dit veelal literaire en culturele magazines, die vaak in boekformaat werden uitgegeven. Naarmate de negentiende eeuw vorderde, nam ook het aantal genres toe. Er waren populaire familiemagazines, geïllustreerde modetijdschriften met bijgevoegde naaipatronen of feministische tijdschriften.
Hoe konden redactrices via hun tijdschriften de maatschappij beïnvloeden? Vrouwelijke redactrices publiceerden hun tijdschriften om grenzen te doorbreken. Zowel op geografisch vlak (ze werkten samen over heel Europa), maar ook op vlak van sociale klasse en gender. Iemand als Louise Aston (1841-1871), bijvoorbeeld, schreef erotische gedichten, liep rond in een broekpak met een sigaar in haar mond en predikte via haar tijdschrift voor een democratische revolutie. Een ander leuk voorbeeld is het Franse tijdschrift La Petite Rosse (1900) dat integraal voor (en waarschijnlijk door) prostituees werd uitgegeven. En mede dankzij haar publicatie van Die Waffen Nieder! (Leg de wapens neer!, 1882-1899) werd Bertha von Suttner (1843-1914) de allereerste vrouw die de Nobelprijs voor de vrede won.
Bovendien wilden ze ook hun (veelal vrouwelijke) journalisten en lezers een publiek platform geven. Op die manier droegen ze bij tot de diversiteit van het perslandschap en lanceerden ze de carrière van vrouwelijke journalisten en schrijfsters die een plaatsje veroverden in hun tijdschrift. Naarmate de negentiende eeuw vorderde, kwamen redactrices ook in toenemende mate op voor gendergelijkheid via de eerste feministische tijdschriften.
“Vrouwen als Jameela Jamil vechten voor magazines zonder airbrushing en met aandacht voor voldoende diversiteit.”
Waarom is het vandaag nog zo belangrijk om vrouwelijke redacteurs uit de vorige eeuwen te bestuderen? Er zijn natuurlijk heel wat redenen, niet in het minst omdat het belangrijk is om te erkennen wat deze vrouwen via hun tijdschriften bereikt hebben. Voor mij is het echter ook fascinerend om te zien hoe redacties van vrouwenmagazines momenteel volop onder druk staan om een genuanceerd beeld van ‘de vrouw’ anno 2019 voorop te stellen. Vrouwen zoals actrice Jameela Jamil of plussize model Ashley Graham vechten voor magazinecovers zonder airbrushing en met aandacht voor voldoende diversiteit.
Om deze veranderingsprocessen te begrijpen kunnen we beroep doen op de manier waarop redactrices doorheen de eeuwen redactionele beslissingen maakten. Velen onder hen zijn vandaag volledig vergeten, maar het zijn deze redactrices die 200 jaar geleden bepaalden hoe ze vrouwen wilden portretteren en wat voor publiek ze wilden bereiken. Net zoals vrouwelijke redacteurs vandaag ongetwijfeld een grote impact hebben op de wereld van morgen.
3 reacties
Heb je namen van Belgische redactrices kunnen vinden uit die periode? Zo’n twintig jaar geleden maakte ik mijn thesis rond vrouwen in de Belgische journalistiek in de jaren 1920. Tot mijn frustratie vond ik geen namen terug in de Vlaamse socialistische dagbladen die ik bestudeerde.
Uiteindelijk is het een studie geworden van de “vrouwenbladzijden” in die dagbladen en was het resultaat voor mij wat teleurstellend.
Jouw onderzoek deed me daar weer aan denken. Dus ik ben benieuwd naar wat je allemaal ontdekt.
Er zijn ondertussen twee doctoraten geschreven over Vlaamse redactrices rond die periode: door Geraldine Reymenants en Liselotte Vandenbussche (wel iets vroeger).
Dag Ann,
Bedankt voor je reactie! Kan je ons contacteren op wechanged@ugent.be? We delen met plezier de Belgische namen in onze databank. Groetjes, Marianne.