Reportage

Genoeg is genoeg: PUNT. wil structurele oplossingen tegen seksueel geweld

Genoeg is genoeg: PUNT. wil structurele oplossingen tegen seksueel geweld

Na de moord op Julie Van Espen kwamen in Antwerpen 15.000 mensen op straat tegen (seksueel) geweld. Ze waren niet enkel triest, maar ook kwaad. En niet alleen over wat Julie is overkomen, maar ook over wat er in België elke dag opnieuw gebeurt. Genoeg is genoeg. De hulpverlening moet beter en er moeten structureel dingen veranderen – en dat is waar PUNT. voor wil zorgen.

Zaterdagavond werd in Antwerpen PUNT. gelanceerd, een advies- en informatiecentrum voor seksueel grensoverschrijdend gedrag. Slachtoffers kunnen er terecht voor doorverwijzing, lotgenotencontact en workshops. Daarnaast informeert PUNT. ook particulieren, scholen en bedrijven via lezingen en vormingen op maat.

Ik spreek af met Anaïs, een jonge vrouw die ooit voorzichtig haar verhaal met me deelde, zonder veel in detail te treden. Ik pols voorzichtig of ze het ziet zitten om me meer te vertellen. Ze stemt toe, maar ik voel een zekere weerstand. Alles op haar tempo en tot waar zij wil gaan, beloof ik. We spreken af bij haar thuis.

Ik kijk rond in de zaal en tel ongeveer 150 stoelen. Zitjes die ingenomen zullen worden door mensen voor wie de stille mars op 12 mei niet het einde was van hun strijd tegen (seksueel) geweld. Ik zeg mensen omdat ik hoop dat dit een probleem is waar iedereen samen zijn schouders onder wil zetten, maar ik zie vooral vrouwen. Ongeveer de helft van de stoelen is bezet als ik een plek kies en ik tel 11 mannen.

“Het kan toch niet de bedoeling zijn dat de meest kwetsbare groepen en de slachtoffers dit probleem alleen moeten oplossen?”

Als de zaal volloopt, druppelen er tot mijn opluchting nog wat mannen binnen, maar de verhouding blijft ongelijk en het zet me aan het denken. Iedereen kan slachtoffer worden van seksueel grensoverschrijdend gedrag, maar Sensoa weet dat sommige groepen het vaker meemaken dan andere. Het gaat dan over kinderen en jongeren, jongvolwassenen, meisjes en vrouwen, holebi’s, mensen die er als kind al slachtoffer van werden, transgender personen, mensen met een beperking, vluchtelingen en asielzoekers. En hoewel er zeker ook vrouwen en meisjes zijn die over de grens gaan, zijn het vooral mannen die grensoverschrijdend gedrag plegen. Maar deze zaal wordt grotendeels gevuld door vrouwen. Het kan toch niet de bedoeling zijn dat de meest kwetsbare groepen en de slachtoffers dit probleem alleen moeten oplossen?

De lezing begint. Vier slachtoffers getuigen over aanranding, verkrachting, incest en pedofilie. De verhalen worden op verschillende manieren gebracht, maar er zijn veel overeenkomsten. Telkens vallen termen als schaamte en schuld. Stemmen haperen.

Anaïs heeft zelden gesproken over wat ze heeft meegemaakt, al is ze er het afgelopen jaar eindelijk voor in therapie gegaan. ‘Eindelijk’ is het woord dat ze daarvoor zelf gebruikt. Nochtans heeft het misbruik jaren geleden plaatsgevonden, toen ze amper 17 was. Maar ze kende hem en ze was vrijwillig naar zijn huis gegaan. Ze was eigenlijk zelfs wat verliefd op hem. Haar vriendinnen wisten dat. Niemand zou dus begrepen hebben waarom ze geen seks wou. Ze begreep het achteraf eigenlijk zelf niet goed. Ze was geen maagd meer, maar ze had nog niet met veel mannen gevreeën, dus voor haar was het een grote stap, kadert ze. Uiteindelijk escaleerde alles heel snel. Het ene moment zaten ze te zoenen, het volgende moment werd ze hardhandig achterovergedrukt. Het was toen dat ze panikeerde. Ze probeerde nog onder hem uit te komen, maar hij was sterker. Daarna verstijfde ze. De rest van de nacht, maar eigenlijk ook de dagen die daarop volgden, fungeerde ze op automatische piloot.

Verschillende experten komen aan het woord. Er wordt gediscussieerd over de termen ‘slachtoffer’ en ‘overlever’ – ik kan ze geen ongelijk geven. Het zijn woorden die stigmatiserend werken en personen reduceren tot individuen met slechts één ervaring op hun conto. Mensen zijn zoveel meer dan dat.

Ook Anaïs benadrukt aan het einde van ons gesprek dat ze hoopt dat ik haar niet enkel als dat meisje met dat verhaal ga zien. Ze wil niet dat ik haar anders ga behandelen, voorzichtiger, alsof ze van glas is. Want hoewel ze zich vaak genoeg heel klein heeft gevoeld, voelt ze steeds vaker dat er vanuit die emotie een hele sterke kracht in haar opborrelt. Ze wil alleen nog uitzoeken wat ze daar precies mee wil doen en daarvoor heeft ze nog wat tijd nodig.

“In 2018 vonden in België meer dan 66.000 verkrachtingen en aanrandingen plaats.”

Dat mensen die seksueel grensoverschrijdend gedrag hebben meegemaakt schrik hebben om die stempel te krijgen, is terecht, en velen kiezen er daarom voor om te zwijgen. Toch is spreken belangrijk, want enkel zo kan de grootte van het probleem zichtbaar worden. De cijfers zijn hallucinant. In 2018 vonden in België meer dan 66.000 verkrachtingen en aanrandingen plaats. Toch werden in datzelfde jaar ‘maar’ 6.644 meldingen gedaan. Pogingen tot aanranding of verkrachtingen zijn niet eens opgenomen in die cijfers. Dat betekent dat amper 10% van de slachtoffers klacht indient. Een schamele 10%. Hoe kan dat?

Doorheen de avond rijgen de mogelijke drempels zich aan elkaar. Dat er te veel onwetendheid bestaat over de procedure, dat slachtoffers vaak niet zomaar even hun verhaal verteld krijgen, dat het soms een proces van jaren is tot slachtoffers de woorden vinden om te spreken over wat ze hebben meegemaakt en wat ze voelen, dat de nodige langdurige hulp enkel betaalbaar is door welgestelde slachtoffers, dat er veel angst bestaat om gestigmatiseerd te worden … En dan is er nog niets gezegd over de schaamte en de angst die slachtoffers vaak voelen wanneer ze een verhaal te vertellen hebben over iemand binnen hun familiale of vriendschappelijke kring. De loyaliteit naar die daders mag niet onderschat worden. Bovendien zijn slachtoffers in zulke gevallen dikwijls bang om niet geloofd te worden. Toch zijn de daders in 85% van de gevallen geen onbekende van het slachtoffer.

Omdat Anaïs werd aangerand door iemand die ze persoonlijk kende, door iemand waar ze uit eigen beweging naartoe was gegaan, iemand die ze nota bene bewonderde, twijfelde ze jarenlang aan zichzelf. En omdat ze zo aan zichzelf twijfelde, dacht ze er eigenlijk zelfs niet aan om aangifte te doen. Als ze haar eigen verhaal al niet logisch vond, waarom zou iemand anders haar dan geloven? En daarom bleef ze meer dan vijftien jaar stil.

Los van die vele drempels, bestaan er nog maatschappelijke struikelblokken die slachtoffers ervaren als ze met hun verhaal naar buiten komen. Enerzijds hopen we dat slachtoffers vaker aangifte doen, anderzijds zien we ook dat de publieke opinie plots vervalt wanneer slachtoffers zogenaamd te mondig zijn. Dan krijgen sommige mensen (zowel mannen als vrouwen) plots acuut last van himpathy – een term die filosofe Kate Manne gaf aan de ongepaste, onterechte sympathie voor (machtige) mannen die in opspraak komen. Denk aan de uitspraak van een rechter voor die Gentse dj die een vrouw verkrachtte. Hij kreeg slechts een opgeschorte straf van drie jaar en moest 4.500 euro schadevergoeding betalen. De rechtbank wilde zijn leven niet verder hypothekeren. Stel je dat even voor. 

“Laat het probleem van seksueel grensoverschrijdend gedrag uiteindelijk het individu overstijgen. Genoeg is echt wel genoeg.

Er is toch ook een beetje goed nieuws: sinds kort is de verjaringstermijn van seksueel misbruik tegen minderjarigen geschrapt. Vaak hebben slachtoffers veel tijd nodig om aangifte te doen, zeker als het misbruik heeft plaatsgevonden toen ze nog erg jong waren. Ze weten dan niet welke stappen ze kunnen zetten of moeten hun trauma eerst nog verwerken. Wanneer ze hun verhaal uiteindelijk durven te vertellen, blijken de feiten vaak verjaard en kan er dus niet meer opgetreden worden. Mooi dus, die wetswijziging. Alleen werd de koppeling van de verjaringstermijnen tussen sek­suele misdrijven op minderjarigen en die op meerderjarigen over het hoofd te zien, waardoor die wet ook een ongewenst effect heeft. De zwaarste seksuele misdrijven op meerderjarigen – verkrachting met de dood tot gevolg – verjaren daardoor niet meer na 15, maar al na 10 jaar. Kan dat zo snel mogelijk rechtgezet worden?

Nog goed nieuws is dat door initiatieven als PUNT. de stemmen van slachtoffers steeds luider gaan klinken, en dat is nodig om de grootte van het probleem in kaart te brengen. Drempels moeten lager en experten moeten luisteren, de verhalen analyseren en er structureel mee aan de slag gaan. Als de werkelijke omvang van het probleem zichtbaar wordt, kan het toch niet langer genegeerd worden?

Anaïs vertelt dat de hele #MeToo-beweging haar geholpen heeft om in te zien dat wat haar overkomen is, fout was. Hij maakte misbruik van het feit dat ze verliefd was op hem. Hij eigende zich haar lichaam toe. Het heeft jaren gekost om dat eigenaarschap terug te krijgen. Dat seks iets moois kan zijn waar je van kan genieten, heeft Anaïs intussen (gelukkig) mogen ervaren. Maar op momenten dat ze zich slecht voelde, verwenste ze haar lichaam. Dan gebruikte ze betekenisloze seks als vorm van zelfpijniging. Ze neemt het woord wegwerplichaam in de mond – iets wat je gebruikt en dan zonder nadenken buiten flikkert. Door de verhalen van lotgenoten te lezen, voelde Anaïs zich steeds minder eenzaam. Ze vertelt hoe belangrijk organisaties als PUNT. kunnen zijn. Als zij destijds zo’n organisatie kende, had het vast geen vijftien jaar geduurd voor ze het aandurfde te spreken. Al is het anoniem, want Anaïs heet eigenlijk helemaal niet Anaïs.

Spreek met elkaar. Cultiveer een taal die het toelaat om op een normale manier met elkaar te praten rond deze thema’s. Besef dat iedereen baas is over zijn of haar lichaam. Respecteer dat. Laat het probleem van seksueel grensoverschrijdend gedrag uiteindelijk het individu overstijgen. Maak er een maatschappelijk, sociaal en politiek probleem van. Genoeg is echt wel genoeg.

Voor dit artikel liet ik me niet enkel inspireren door de moedige getuigenissen van slachtoffers, maar ook door experten die tijdens de lancering van PUNT. een panelgesprek voerden: Liesbet Stevens (adjunct-directeur van het Instituut voor de gelijkheid van vrouwen en mannen), Wim Slabbinck (seksuoloog), Margo Van Landeghem (psycholoog, relatie- en gezinstherapeut en traumatherapeut in opleiding), Bleri Lleshi (filosoof, schrijver, spreker en docent binnen de opleiding sociaal werk aan UCLL), Ellen Van de Weghe (rechercheur).
Om als organisatie laagdrempelig en toegankelijk te zijn, werkt PUNT. op basis van ondersteuning door vrijwilligers en sponsors. Als particulier kan je hen steunen via hun fundraiser. Alle info is terug te vinden op www.puntvzw.be.
Illustraties: Istock

Schrijf je reactie

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen