Column

“De stille slachtoffers van de Brexit slapen onder onze voeten”

“De stille slachtoffers van de Brexit slapen onder onze voeten”

Na een zware nacht uit in Londen, slaag ik er niet in tijdens de brunch rechtop aan tafel te zitten. Mijn hoofd ligt naast een kom roze granola, een English muffin met gepocheerd ei en een matcha latte te rusten. Onaangeroerd. Uiteindelijk besluit ik dat brunch in mijn staat niet het beste idee was en sleep ik mezelf naar een bankje buiten waar ik op de Uber wacht. Een dakloze drugsverslaafde komt naast me zitten en vraagt bezorgd of ik wel oké ben. Dat ben ik niet, verzucht ik. Ik klaag over een kater tegen de vrouw die zo meteen haar laatste beetje eigenwaarde zal vergeten om me om geld te smeken.

Zij is één van die armen waarvoor Justin Welby, de aartsbisschop van Canterbury, wil dat ik de handen in elkaar vouw en bid. Eén van de 3289 daklozen die de Britse hoofdstad  intussen rijk is – een stijging van 25 procent vergeleken met het voorgaande jaar. Welby spoorde het Britse volk laatst aan vijf dagen lang te bidden voor de allerarmsten. Dit omdat de deadline voor het vertrek van het Verenigd Koninkrijk uit de Europese Unie, 29 maart 2019, met rasse schreden nadert en de impasse vooral de zwakkere leden van onze samenleving raakt. Een no-deal brexit, zo meent de Church of England, zou “niet alleen een politiek en praktisch falen zijn, maar ook een moreel.”

Ik hoor vooral dat de aartsbisschop het uitblijven van een beslissing, na meer dan twee jaar palaveren, wil tegengaan met meer woorden zonder daadkracht. Wat wordt de volgende zet van de Britse regering? Momenteel weten we dat niet. Een week voor de ons voorgenomen Brexit klinkt de achteloosheid waarmee dit alles besproken wordt meer alsof we er niet helemaal uit raken waar we nu gaan brunchen.

“Een week voor de Brexit klinkt de achteloosheid waarmee dit alles besproken wordt alsof we er niet helemaal uit raken waar we nu gaan brunchen.”

Je moet niet echt je best doen om het stijgende aantal daklozen in het straatbeeld te zien, maar je moet het wel willen. Ik merk ze tegenwoordig plots heel vaak op. Wanneer een vriendin tussen restaurant en metro klaagt over de koude lente zie ik hen tegen een muur gedrukt, beschut tegen een koude die wij niet kennen. Of die man met z’n privé-tentenkamp langs het kanaal, zo net voorbij de ondergelopen brug waar het wandel-, ren- en fietsverkeer altijd even stilvalt.

We zien elkaar, maar hem niet – hij is het amorfe obstakel na het obstakel van de brug, de laatste horde voor de brunch. Of de jongeman voor de Amerikaanse importsnoepwinkel, als een snoepje gewikkeld in zijn kleurrijke slaapzak. Ze liggen aan onze voeten, alsof ze de straat plaveien. Ik herinner me een gedicht van W.B. Yeats: “But I, being poor, have only my dreams; I have spread my dreams under your feet; Tread softly because you tread on my dreams.”

We hebben de Britse droom in elkaar getrapt. Een beetje zoals die bende jongeren uit Derby die pas de cel indraaiden nadat ze een dakloze gestoken, beschoten en geschopt hadden. Dit is de maatschappij waarin we ons vandaag verplaatsen. Meer dan veertien miljoen mensen – of een vijfde van de bevolking – leven in Het Verenigd Koninkrijk in armoede. Vier miljoen daarvan zelfs in extreme armoede, en dat in de vijfde grootste wereldeconomie.

En het ziet er niet naar uit dat Brexit beterschap brengt: de meeste overheidsinstellingen hebben hun uitgaven per persoon teruggeschroefd voor de komende zes jaar. Geld dat naar de bijstand van armen had kunnen gaan, maakt belastingvermindering voor de rijken mogelijk. Labourleider Jeremy Corbyn minimaliseert de Brexitcrisis en schuift klimaatverandering en armoede naar voren als absolute prioriteiten.

Corbyn’s partij “is niet geobsedeerd door constitutionele vraagstukken” zoals hij anderen verwijt. De Labourpartij “is geobsedeerd door het aanpakken van de problemen waarmee burgers in het dagelijkse leven geconfronteerd worden.” Hij vergeet daarbij dat Europa een belangrijke rol speelt op vlak van milieu en mensenrechten. Dat als het Verenigd Koninkrijk de Unie verlaat, er een akkoord moet zijn dat die gaten dicht. Een zoveelste babbelaar en de wonde gaapt en de wonde ettert en de amputatie nadert

Een vriend merkte onlangs op hoe snel Londen verzavelt. Ik antwoordde dat het zorgwekkend is hoe de armere bevolking telkens weer naar de rand van de rand van de rand wordt geduwd en niets meepikt van deze opwaardering. “Dat weet ik”, zegt hij, “Londen is net zo aantrekkelijk voor middenklassers als wij omwille van de gentrificatie.” Ik denk aan de onverschilligheid rond Brexit. “Wat nu?”, vragen vrienden me telkens zij of ik de Noordzee oversteken. Ik haal zorgeloos mijn schouders op. Even je ID scannen in de app om je gevestigde status vast te leggen en je kan weer op je avo-on-toast knabbelen wetende dat je leven hier gewoon doorgaat.

“De dakloze voor de supermarkt heeft tientallen exemplaren van de gratis krant verzameld. Wanneer de staat faalt, leg je je maar te slapen op informatie en activisme.”

Tenzij je ervoor kiest je leven over de grenzen voort te zetten. Het is intussen duidelijk dat heel wat Britse bedrijven in handen van buitenlandse conglomeraten een verhuizing naar het Europese vasteland plannen. Alleen kan wie net het hardst door Brexit getroffen wordt niet zomaar z’n koffers pakken. Want hoe verhuis je als je in de eerste plaats geen huis hebt? Of als je de job verliest waarmee je nu al amper de eindjes aan elkaar kan knopen? De job die je alleen toelaat samen te hokken met te veel mensen in een te klein kamertje? Als die job met Brexit naar het buitenland trekt, kan jij niet mee. En thuis stijgen de prijzen van huizing tot voeding. Wij middenklassers merkten het de afgelopen jaren – wat dan met wie voordien al iedere pond twee keer moest omdraaien?

Het volk stemde voor Brexit. Of toch een deel van een deel van het volk. Waarschijnlijk vooral mensen die zich een brunch op zaterdag kunnen veroorloven. Laat het volk nu ook stemmen over het Brexitakkoord, zo adverteert de Evening Standard in schreeuwerige letters. Zaterdag 23 maart is het de People’s Vote March.

“Put it to the people”, staat er. Ik vraag me af welke mensen en zie dan dat de dakloze voor de supermarkt tientallen exemplaren van de gratis krant verzameld heeft. Wanneer de staat faalt, leg je je maar te slapen op informatie en activisme. Het is een luxe als die dingen kunnen zijn wat ze zijn en niet, zeg maar, moeten dienstdoen als bed. Ik schiet in gebed.

Foto: Sarah Van Looy

Schrijf je reactie

Wided studeerde Journalistiek in Gent en belandde na de Jasmijnrevolutie bij Knack.be. Wispelturig en impulsief beweegt ze zich voort tussen internationale politiek, design en word vomit, tussen schrijven en creatieve productie, Londen en de wereld.

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen