Roots of Empathy

Spieren van liefde: wat een baby kleuters kan leren over empathie

Redactrice Aurélie trekt met haar baby naar de klas met Roots of Empathy

Spieren van liefde: wat een baby kleuters kan leren over empathie

Volgens onderzoek wordt 19 procent van de leerlingen in België maandelijks meerdere keren gepest. Een baby in de klas kan daar verandering in brengen. Hoe? Kinderen oefenen empathie door zich in te leven in de emoties van de baby. Dit is de kern van het internationale onderwijsprogramma Roots of Empathy, door de oprichters omschreven als ‘een vredespil’. In Gent testen redactrice Aurélie, baby Anna en een klas kleuters de principes van Roots of Empathy uit. Foto’s en video: Sara Stragier

“Ze is er! Baby Anna is er!” De kleuters van groep 3 springen rond de vader van de baby wanneer de zes maanden oude Anna voor het eerst op het schoolplein komt. “Kan ze kruipen? Kan ze lopen?”, vragen de kleuters meteen. “Waarom lacht ze niet, juf?”, vraagt Theo (5). Onmiddellijk weet hij een antwoord. “Ik denk dat baby Anna bang is omdat er veel kindjes dicht bij haar staan.” Theo verplaatst zich in het hoofd van baby Anna en onderneemt actie. Hij doet een stapje achteruit. Zo traint hij één van de belangrijkste sociale spieren van de menselijke soort: empathie.

Dit schooljaar helpen niet enkel juf Ute en juf Wendy Theo en zijn klasgenootjes bij het oefenen van empathische vaardigheden, ook baby Anna speelt voor leerkracht. Samen met haar (groot)ouders brengt Anna elke maand een bezoek aan de kleuterklas. Door de observatie van deze hechtingsband leren de kleuters ervaringsgericht over de meest fundamentele empathische relatie, die tussen ouder en kind.

Anna en haar papa komen aan op het schoolplein

“Want ouders moeten onder de huid van de baby kruipen om te begrijpen wat de noden van de baby zijn om hierop gepast te reageren. Afgestemd zijn op je baby, dat is empathie.” Aan het woord is Mary Gordon, voormalige kleuteronderwijzeres uit Canada en vandaag de sociale entrepreneur die het wetenschappelijk onderbouwde onderwijsprogramma Roots of Empathy naar klaslokalen wereldwijd brengt. In Australië, de Verenigde Staten, Duitsland en Nederland biedt de Roots of Empathy organisatie al officieel haar onderwijsprogramma aan. Nu proberen baby Anna en de kleuters van GO! basisschool De Wijze Eik de principes van Roots of Empathy uit in Gent.

Wat houdt dit onderwijsprogramma concreet in? Wat weten wij over de effecten op de kinderen die het programma doorliepen? En wat staat er te gebeuren in het klaslokaal in Gent? Maar eerst een stapje terug. Empathie: wat is dat eigenlijk? En waarom zou onderwijs hier aandacht aan besteden?

Empathie in een notendop

Affect, cognitie en gedrag: dat zijn de componenten van empathie. Zoals wanneer je iemands woede opmerkt en je probeert in te beelden waarom die ander voelt wat hij of zij voelt om hier vervolgens gepast op te reageren. Volgens ontwikkelingspsychopatholoog Simon Baron-Cohen heb je alle aspecten nodig om te empathiseren. Als jij niet kan inschatten dat de tranen van iemand die onrechtvaardig behandeld werd, voortkomen uit woede, geef je een minder adequate emotionele reactie op deze sociale situatie. En als jij simpelweg niets voelt bij iemands emotie, maar je wel kan inbeelden wat een ander voelt of denkt, heb je ook een empathiedefect, zoals mensen met psychopathische en antisociale persoonlijkheidsstoornissen. Gelukkig komen mensen zonder empathie, Nul-Empathie noemt Baron-Cohen dit, weinig voor. Want door Baron-Cohen’s meting van empathie via het Empathie Quotiënt (EQ) weten we dat empathie verdeeld is volgens een klokkromme: het grootste deel van de bevolking bevindt zich in de middenmoot van het spectrum.

“Als je niets voelt bij iemands emotie, maar je wel kan inbeelden wat een ander voelt of denkt, heb je een empathiedefect.”

Tien onderling verbonden hersengebieden spelen een rol bij empathie. In dit empathiecircuit doen het affectieve en cognitieve luik beroep op verschillende hersengebieden. Omdat meevoelen met anderen afhangt van de ontwikkeling van hersengebieden die vroeg ontwikkelen (limbische structuren) en perspectief nemen mogelijk gemaakt wordt door cognitieve processen die later tot volle rijping komen (onder andere in de prefrontale cortex) kunnen erg jonge kinderen al affectieve empathie tonen. Een potje meehuilen is dagelijkse kost voor baby’s en peuters in het kinderdagverblijf. Deze vroege empathische vermogens delen mensenkinderen trouwens met andere dieren, zoals chimpansees en zelfs ratten) vanuit een gedeelde evolutionaire oorsprong. Al bij peuters van veertien tot achttien maanden doet perspectief nemen zijn intrede; zij willen oprecht een onderzoeker helpen die moeite heeft met het oprapen van een gevallen pen. Tegen het einde van de kleutertijd hebben de meeste kinderen in bepaalde mate cognitieve empathie verworven.

Het kringmoment met baby Anna, papa en de kleuters

Ouders en opvoeders zijn belangrijke rolmodellen voor de ontwikkeling van empathie, zowel voor kinderen als voor adolescenten bij wie moeders een cruciale rol spelen in de overdracht van cognitieve empathie, vooral op hun dochters. Empathie train je dus als spieren, maar niet alle kinderen hebben evenveel oefenkansen. En dit vormt een probleem.

Op persoonlijk vlak hebben mensen met normaal tot hoog ontwikkelde empathische vermogens betere familie- en vriendschapsrelaties en ook op professioneel vlak hebben ze meer succes. Word jij groot in een hechtingsarme omgeving waar je minder empathie oefent, kom je ongelijk aan de start. Dit geldt al helemaal wanneer je weet dat antisociaal gedrag zoals pesten en vechten – pesten is vaak het resultaat van gebrekkige emotionele resonantie met anderen – vaker voorkomt bij kinderen uit gezinnen met een lage sociaal-economische status.

“Wanneer jij enkel een voorstelling kan maken van de gevoelens en ideeën van mensen zoals jij, geef je een vrijgeleide aan doorgedreven polarisering.”

Maar het empathieverhaal is groter dan dit. Steeds meer onderzoekers vanuit diverse achtergronden wijzen op het enorme maatschappelijke belang van empathie voor de ontwikkeling van een meer rechtvaardige wereld. Zo dringt primatoloog Frans de Waal aan op empathie als de basis voor een samenleving waar solidariteit en zorg voor de ander centraal staan, vertelt filosoof Roman Krzanic over empathie als de motor van de belangrijkste sociale hervormingsbewegingen van de voorbije tweehonderd jaar en lezen we bij socioloog Richard Sennett dat empathie een soort openheid creëert waardoor mensen beter gaan samenwerken. Studies wijzen er op dat Amerikaanse jongeren zichzelf minder empathisch vinden dan vorige generaties, terwijl zij aangeven steeds narcistischer te worden. Een samenleving waar navelstaarderij gemeengoed wordt, kan geen antwoord bieden aan de grote uitdagingen van de toekomst waarvoor verregaande samenwerking tussen mensen van verschillende pluimage noodzakelijk is.

Bovendien kan de mens van kindsbeen af zich makkelijker inleven in mensen waarvan die denkt dat zij op hem lijken. Bij kinderen kan dit zo absurd zijn als meer affiniteit voelen voor leeftijdsgenoten met hetzelfde kleur T-shirt. Empathie voedt het wij-zij-denken. Hierin schuilt een gevaar. Want wanneer jij enkel een voorstelling kan maken van de gevoelens en ideeën van mensen zoals jij, geef je een vrijgeleide aan doorgedreven polarisering.

Empathie oefenen lijkt dus de boodschap. Onderzoek toont dat formele empathietraining werkt, alleszins voor even en voor zorgprofessionals en universiteitsstudenten. Ook in het dagelijkse leven zie je steeds vaker initiatieven die kansen bieden aan volwassenen om empathie te oefenen. Recent nog kondigde De Standaard aan dat jij dit voorjaar in het experiment Het Grote Gelijk kan spreken met iemand wiens overtuigingen tegenover de jouwe staan.

Het valt op dat meerdere initiatieven inzetten op het cognitieve luik van empathie om volwassenen uit hun bubbel van gelijkgestemden te halen. Toch is dit volgens de Amerikaanse ontwikkelingspsychologe Alison Gopnik niet genoeg om gedrag te veranderen. Wel moet je de menselijkheid van de ander leren kennen; intimiteit creëren door langdurig face-to-face contact. En daar doen kinderen en jongeren hun voordeel mee.

Empathie op school

Als volwassene heb je heel wat autonomie in de keuze van je sociale cirkel. Voor kinderen en jongeren is dit anders, zeker op school kies je niet met wie je in de klas belandt. De sociale cirkel van kinderen is dus willens nillens meer heterogeen. In de klas hebben zij meer kans om in contact te komen met overtuigingen die niet de hunne zijn.

Deze confrontatie kan pijnlijk zijn wanneer jouw uiterlijk, ideeën, gevoelens en vaardigheden als anders worden bestempeld. Uit een studie van OESO over pesten op school weten we dat negentien procent van de bevraagde leerlingen in België aangaf minimum een paar keer per maand gepest te worden. Leerlingen in scholen waar veel gepest wordt, behalen slechtere resultaten. Pesten heeft dus impact op het welzijn en studieresultaten. Ander onderzoek wees uit dat in scholen waar kinderen met een migratieachtergrond in de minderheid zijn vijftien procent van hen aangeeft gepest te worden én zij melden zelf meer te pesten dan kinderen zonder migratieachtergrond, zeker in witte concentratiescholen.

Onbegrip over verschillen voedt pestgedrag. Psychologe Tirza Van Noorden stelt dat pesters vooral affectieve empathie missen. Zij voelen de pijn van hun slachtoffer niet. De steeds meer diverse klasgroepen van de 21e eeuw bieden dus ook empathische leerkansen, vooral als de oefeningen gericht zijn op kinderen laten meevoelen met klasgenoten zodat je doorheen de verschillen ook gelijkenissen ziet met de ander.

“Pesters missen vooral affectieve empathie. Zij voelen de pijn van hun slachtoffer niet.”

In haar boek De Kleine Filosoof schrijft Alison Gopnik dat “de terugkeer naar de intieme empathie van de kindertijd, dat onmiddellijke besef hoe andere mensen zich voelen, de meest succesvolle manier [kan] zijn om het gedrag van mensen te veranderen.” Laat de versterking van deze affectieve empathie nu net een belangrijk doel zijn van het Roots of Empathy-programma dat baby’s als leerkrachten voor de klas wil. “Wanneer baby Anna naar mij lacht voel ik mij meteen beter”, vertelt een jongetje na het klasbezoek. “En de andere kindjes lachen ook”. “Door de menselijkheid in de baby te vinden, kunnen leerlingen de menselijkheid in zichzelf vinden, wat dient als brug naar de ontdekking van menselijkheid in anderen”, zegt Mary Gordon.

In ‘Roots of Empathy: Changing the World Child by Child’ schrijft Gordon dat empathie fungeert als ‘vredespil’. Wanneer ik het OESO-rapport over pesten op school lees, bedenk ik mij dat het onderwijs in België deze pil maar beter slikt. Maar hoe zit dat nu met die baby?

Liefde zonder grenzen

“Hallo baby Anna, hoe gaat het? Hoe gaat het? Hoe gaat het?”, met een eenvoudig welkomstlied begroet de baby elke kleuter in de kring. Als papa Anna op de mat legt, gaan de vingertjes de lucht in. “Kan ze nu al rollen?”, “Eet ze patatjes?”, “Lust Anna ook ananas?” Met veel enthousiasme gaan de kleuters in gesprek met de ouders over de motorische, cognitieve en emotionele ontwikkeling van hun klasbaby. Roots of Empathy maakt van de baby een leerkracht, schrijft Gordon in haar boek, omdat de liefde van baby’s grenzeloos is: ze zijn nog blind voor de maatschappelijke waardeoordelen over mensen.

Elke maand zien de kleuters baby Anna groeien en nieuwe mijlpalen bereiken. In januari kon Anna nog niet goed rollen, eind februari wel. Ze krijgt een daverend applaus van de kleuters. Glunderend kijkt de baby de kring rond. “Waarom lacht Anna nu?”, vraag ik. “Omdat wij zeggen dat zij iets goed kan, juf.” De kleuters denken na over de emoties van de baby, wat tevens het aanknopingspunt vormt om te spreken over hun eigen emotionele belevingswereld: hoe voelen de kleuters zich wanneer iemand hen complimenteert met een nieuwe vaardigheid? “Daar krijg ik het warm van in mijn buik”, vertelt één van hen. Deze ‘emotionele geletterdheid’ is een belangrijke pijler in het Roots of Empathy-programma.

Redactrice Aurélie met baby Anna en haar vader in de klas

Na het welkomstlied volgt het kringmoment met vragen. In landen waar het programma officieel loopt, begeleidt een getrainde Roots of Empathy-instructeur de bezoekjes, 27 sessies per schooljaar met negen bezoekjes van de klasbaby. Hij of zij leidt het gesprek en werkt voor en na het klasbezoek rond de ontwikkeling van de baby via allerlei opdrachten die zowel kennis als socio-emotionele vaardigheden bijbrengen. De leeftijdsgerichte curricula (van 5-6 jaar tot 11-12 jaar) van het programma besteden aandacht aan verscheidene pijlers, zoals sociale inclusie of aandacht voor de gedeelde menselijke behoefte om gezien en gehoord te worden. Ook temperament als bron van onze verschillende reacties op situaties komt aan bod. Want bij de ene baby duurt het lang vooraleer hij mama of papa durft loslaten en op ontdekking gaat, terwijl de andere baby onmiddellijk het speelgoed in de ruimte verkent. De kinderen krijgen zelfs les over neurowetenschap: hersenen van baby’s groeien letterlijk door liefde te krijgen.

Pedagogie van hoop

Doordat de kinderen makkelijker spreken over de eigen gevoelens, herkennen ze ook de emoties van klasgenootjes beter. Zo voelt de klas aan als een veilige omgeving. Een meta-analyse van vele studies gedaan naar dit onderwijsprogramma toont dat leerlingen in klassen die het programma doorliepen meer prosociaal en minder agressief gedrag vertonen. Pesten in Roots of Empathy-klassen vermindert. De kinderen voelen mee met de emoties van de baby en net dat heeft een effectief anti-pestprogramma nodig.

Gordon omschrijft de visie van Roots of Empathy als een ‘pedagogie van hoop’. De kleuters luisteren aandachtig wanneer ik vertel dat zitten nieuw is voor Anna; de baby heeft een mijlpaal bereikt. “Want dan kan ze nu beter naar speelgoed kijken, juf.” Prieel uit klas 3KD maakt al snel de volgende cognitieve stap. “Voor mij zou het een mijlpaal zijn als ik ’s nachts voel dat ik moet plassen, zodat ik niet meer in mijn broekje doe.” Even is de groep stil. Een kind lacht en zegt dat hij ’s nachts al lang droog is en dat zijn kleine broer nog in bed plast. Maar dan keert een meisje in de groep zich naar Prieel. “Weet je, ik voel soms ook niet dat ik moet plassen ’s nachts.” Hiermee gaf zij elk kind in de klas de hoop dat niemand wordt weggezet wanneer hij zich kwetsbaar toont. “Soms dragen de moedigste activisten schoenmaat 30”, schrijft Gorden.

Ixchel en Prieel uit klas 3KD werken aan een opdracht rond perspectief nemen

Ondertussen in Gent

Twee bezoekjes bracht Anna al aan de kleuters. “Zij zijn sowieso aangetrokken tot baby’s”, vertelt juf Ute van klas 3KD. “Wanneer ouders met de kinderwagen hun kindjes ophalen, willen de kleuters steeds contact maken met de baby.” Ute besteedt al langer aandacht aan de zorg rond baby’s in haar lespraktijk met onder andere medisch georiënteerde projecten rond het geboorteproces tot gesprekken over het belang van aanraking en nabijheid voor baby’s wanneer ze gevoed worden. Juf Ute en juf Wendy geloven in de principes van Roots of Empathy omdat zij de kleuters “willen meegeven dat iedereen telt en dat we veel van elkaar kunnen leren. Zo kunnen de kinderen sterk staan in het leven maar ook als groep. Als het programma pesten op lange termijn kan indijken, juichen wij dit enkel toe, want het komt ook voor bij kleuters.”

Juf Wendy Rog van klas K3A

Baby Anna veroverde niet alleen de harten van vijfjarigen. Want ook een stoere jongeman van achttien begon spontaan te kirren toen zij dichtbij kwam. Hij maakt deel uit van de klasgroep 6 humane wetenschappen uit het GO! Atheneum Mariakerke. Deze leerlingen begeleiden de bezoeken van de klasbaby door allerlei opdrachten te bedenken rond de ontwikkeling van de baby.

Juf Ute Verbrugge van klas 3KD

Zo laten zij de kleuters oefenen met perspectief nemen door zich in te leven in kinderliteratuur. Door een verhaal over Pom, een nieuw konijn in de klas dat buitengesloten wordt, denken de kleuters na over hun eigen ervaringen met uitsluiting door de groep. “Pom is dan vast heel verdrietig”, vertelt Lene (5) aan Elke en Ellen (18). “Als ik niet mag meespelen, zoek ik andere vrienden”, voegt de kleuter toe. En in navolging van het Roots of Empathy programma waarin neurowetenschappelijke inzichten worden benadrukt, werken de leerlingen dit schooljaar ook samen met de neuropsychologen van Hersenletselpraktijk in Gent om de kleuters bij te brengen dat het babybrein groeit door liefde.

Verwacht geen wetenschappelijke resultaten over de evolutie in empathische vaardigheden van deze kleuters. Wat wel? Tot juni ga ik elke maand op klasbezoek met mijn baby. Ik breng hierover verslag uit op Charlie in longreads en video. In deze reeks krijg je een impressie van wat een baby voor de klas betekent in de gevoelswereld van jonge kinderen. Ook een reportage over het belang van verbindende communicatie voor de empathieontwikkeling van kinderen en jongeren is op til, net als interviews met experten over de vraag waarom empathie een rol speelt in onderwijs.

Wil jij in deze reeks een antwoord krijgen op bepaalde vragen rond empathie, opvoeding en onderwijs, laat van je horen. Want door samen in gesprek te gaan over het belang van empathie voor de leiders, gangmakers, moeders en vaders van morgen trainen ook wij vandaag, in de woorden van dichter Bart Moeyaert “iets wat je niet ziet” en “je alle dagen draagt en sterker maakt. Alsof je spieren krijgt van liefde.”

Aurélie Van de Peer is doctor in de Sociale Wetenschappen en doctor in de Wijsbegeerte. Ze geeft gedragswetenschappen aan het Atheneum Mariakerke en schrijft voor Charlie Magazine. Voor lezingen kan je haar boeken via Studio Charlie

Schrijf je reactie

3 reacties

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen