Column

Waarom shoppen met niet-ideale maten de absolute hel is

Waarom shoppen met niet-ideale maten de absolute hel is

Gladys wilde eens gezellig gaan shoppen en mee zijn met de laatste trend: de over-the-knee-boot. Het is maar eens per decennium dat warm, comfortabel en tegelijkertijd sexy schoeisel in de mode is, dus snel naar de winkel! Maar helaas: er lijkt een omgekeerd evenredig verband te bestaan tussen iemands omtrek en diens recht op mooie kleren.

Dé schoen deze herfst: de over-the-knee-boot. Te combineren met netkousen en een jurkje voor een hippe, vrouwelijke en een tikje goedkope look. Niet iedereen is fan, maar ik wilde ook sexy en zelfzeker en onafhankelijk lijken, en deze trend zou me daarbij helpen. Alleen kwam ik al vlug tot het besef dat de zoektocht naar mijn nieuwe droomschoeisel geen eitje zou worden.

Het is namelijk zo: zowel qua schoenmaat als qua bilomtrek zit ik nogal boven het gemiddelde. En wie zich in die situatie bevindt, daar zijn alle designers het roerend over eens, verdient geen mooie schoenen. Mij lijkt het vrij logisch dat een laars die bijna als broek kan dienen dan ook ter hoogte van de bil in meerdere maten bestaat? Nee dus. Je kunt dit schoeisel krijgen van schoenmaat 36 tot 41, maar het bovenste deel blijft in al die maten even “groot”. Nu, als ik u met mijn schrijfsels één les mag meegeven die u de rest van uw dagen dient te onthouden, is het deze: ook al willen de labeltjes u het tegendeel beloven… one size does NOT fit all.

Maar goed, daar was ik dan, tegen beter weten in, op zoek naar de sleutel tot een succesvolle herfst: over-de-knielaarzen. Wat vervolgens gebeurde was mij niet onbekend, dus ik maak er graag een algemene schets van. Ziehier mijn standaard shoppen-voor-laarzen-scenario:

Ik zweet, ik hijg, ik trek, ik sleur, ik duw, ik kreun… om dan keer op keer verslagen het hoofd te schudden. Dit is zó gênant.

Ik beland in een winkel waar redelijk wat verschillende soorten laarzen de etalage vullen. Misschien wordt het tóch een succes? Ik word benaderd door een verkoper (die ik voor mijn schrijf- en uw leesgemak vanaf nu Dimitri zal noemen). Ik leg uit dat ik “een redelijk breed model zoek” en Dimitri knikt begrijpend. Enkele ogenblikken later brengt hij me een eerste laars en mijn eerdere sprankje hoop verdwijnt als sneeuw voor de zon. Komaan, in dit ding kan ik mijn arm nog niet kwijt. Met mijn jaren shopervaring kan ik een verloren zaak ondertussen redelijk snel herkennen. Dimitri echter weigert zijn nederlaag toe te geven, en probeert me paar na paar na paar aan te smeren. “Deze vallen écht ruim!” Ik zweet, ik hijg, ik trek, ik sleur, ik duw, ik kreun… om dan keer op keer verslagen het hoofd te schudden. Dit is zó gênant.

Even overweeg ik om gewoon een mooi paar mee te nemen en niet meer te eten tot ik erin pas, maar let’s face it: zelfs als me dat ooit zou lukken, zijn die schoenen tegen die tijd al vier seizoenen uit de mode. Met iedere poging zie ik de levenslust in Dimitri’s ogen meer en meer uitdoven. Uiteindelijk concludeert hij wat ik al jaren weet maar weiger te aanvaarden: voor mensen als ik is er maar één soort laars. De donkerbruine, blokachtige, rekbare bottine waar je – tenzij je op een paard zit – niet mee gezien wil worden. “Hmm nee, bedankt, maar dit is het toch niet helemaal,” mompel ik. Dimitri zegt het niet, maar ik zie wat hij denkt: “Grappig hoe jij denkt dat je nog steeds een keuze hebt, chubby.” Dimitri heeft gelijk. Beggars can’t be choosers.

Want eerlijk, naast het feit dat schoenontwerpers van mening zijn dat mensen die niet in het standaardmodel passen duidelijk over genoeg vetvoorraad beschikken om zonder warme laarzen de koude te trotseren, is er ook qua kleding aanzienlijk minder keuze voor iedereen boven maatje 40. Veel winkels lijken te denken dat die vrouwen zich op modevlak wel tevreden zullen stellen met een trui met opschrift à la ‘I love naps’ en een legging met zonnebloemenprint. Er lijkt een omgekeerd evenredig verband te bestaan tussen iemands omtrek en diens recht op mooie kleren.

Veel winkels denken dat vrouwen boven maatje 40 zich wel tevreden zullen stellen met een trui met opschrift à la ‘I love naps’.

Sterker nog: wie volgens de maatschappij alle hulp voorbij is wat hun kledingmaat betreft, mag van geluk spreken als er voor hen nog kleren zijn. Mijn bompa vindt al sinds 1987 geen passende broeken meer en deze week nog hoorde ik van een vriend dat de verkoopster die zijn maten nam droogjes opmerkte dat ze “hemden verkoopt, geen tenten.” Wauw. De zoektocht naar kledij is voor mensen die buiten de ideale maten vallen zo al (komt ie) zwaar genoeg, zonder dat de mensen die betaald worden om te helpen dan ook nog eens de pretentieuze asswipe uit gaan hangen. Het grietje kon de volgende dag – terecht – op zoek naar een nieuw baantje.

Hoewel mijn figuur in de ‘gewone winkels’ nog nét getolereerd wordt, word ik er steeds weer mee geconfronteerd dat sommige outfits niet tot mijn opties behoren. Pas op, ik ben niet totaal gestoord. Ik weet best dat de crop top (hippe naam voor een topje tot boven de navel) niet voor mij is weggelegd. En neen, ik zal me niet snel zo’n nauwaansluitend jurkje aanschaffen dat ieder grammetje vlees benadrukt. Hoewel ik vind dat iedereen moet dragen wat hij of zij wil, ongeacht of de rest van de wereld het ‘gepast’ of ‘flatterend’ vindt, zou ik mezelf in zoiets niet meteen top voelen. Ieder lichaamstype, of het nu klein of groot of dik of dun is, heeft plus- en minpunten die bepaalde kledingkeuzes een beter idee maken dan andere. Zo zal iedereen al weleens een item op een paspop of in een magazine gespot hebben dat er op hun lichaam plots heel wat minder uitzag. Dat hoeft zeker niet altijd om iets extravagants te gaan. Ook heel simpele, onschuldig-uitziende combinaties kunnen totaal verkeerd uitdraaien.

Wanneer ik een mom jeans probeer, zie ik eruit als een kruising tussen een 24/7 masturberende gamer en zo’n Amerikaanse huismoeder.

Mijn meest recente voorbeeld? De it-girl look van het moment: een mom jeans en een simpel wit unisex T-shirt. Jongens, wat een toplook. Wanneer ik die toplook probeer, zie ik eruit als een kruising tussen een 24/7 masturberende gamer die voor het eerst in weken het huis verlaat omdat ie door z’n voorraad chips heen is, en zo’n Amerikaanse huismoeder die met weinig anders haar dagen vult dan met tripjes naar Walmart en met het verspreiden van katholieke anti-same-sex marriage flyers. Geen van beide is exact waar ik op doelde, maar wat had ik dan gehoopt? Dacht ik met mijn bespottelijke maat 44 nu werkelijk ongestraft de look van de jetset te kunnen kopiëren? Hoe naïef kan je zijn. Dom dom dom.

Eerlijkheidshalve moet ik wel mededelen dat mijn over-the-knee-boots zoektocht een happy ending kende. Ik had het nooit durven dromen, maar ik heb ze gevonden. Van puur geluk kocht ik dan ook meteen een tweede paar. Na die hele lijdensweg moet ik ze natuurlijk dragen tot ik erbij neerval. Al was het maar om aan mijn lotgenoten te tonen dat ze de hoop niet mogen opgeven. Jaag uw dromen na, dames en heren. Want als ik kniehoge laarzen kan vinden, kan letterlijk alles. Fier zal ik door de straten flaneren. Dat ik eruitzie als een goedkope callgirl, deert me niet.

15055846_10208782887662690_1310950148773890912_n

Foto boven: Istock

Schrijf je reactie

4 reacties
  • katrien says:

    Ik ben dit weekend op zoek gegaan naar een winterjas. En kreeg heel erg het gevoel alsof de modewereld ervan uitgaat dat iedereen boven maat 44 genoeg vet heeft om de wintermaanden zonder jas door te maken…urrggh.

  • Maaike says:

    Zo waar. Ik ben zelf heel wat kilo’s verloren en voel me nu zelfzekerder dan vroeger en dat heeft heel veel te maken met het feit dat ik vroeger niet kon dragen wat ik wilde dragen. Ik ben geen fashionista, maar kleed me wel graag hip en trendy en dat kon vroeger als ‘dikkerdje’ gewoonweg niet. Ook ik heb meermaals voor een etalage staan kwijlen op al die mooie laarzen die ik niet kon dragen omdat m’n kuiten veel te dik waren (en jammer genoeg zijn ze dat vandaag nog altijd). Een groot deel van m’n motivatie om te vermageren kwam dan ook vanuit mijn drang om mooie kleren te kopen, net omdat ik ze mooi en modieus vind, en niet omdat ze me toevallig passen en er enigszins flatterend uitzien. Het klinkt misschien heel kortzichtig, maar vandaag ben ik nog het meest blij met m’n nieuwe lichaam omdat ik eindelijk een winkel kan binnenstappen en eender welk kledingstuk kan kopen zonder me af te vragen of het wel zal passen.

  • J says:

    Je hoeft zelfs geen bovengemiddeld bilomtrek of dergelijke te hebben om moeilijk goed passende kleren en schoenen te vinden. Ik heb in theorie vrij standaard maten (XS-S bovenaan, M/28-29 onderaan), maar zoals je ziet is er wel enkele maten verschil tussen boven en onder, en daarnaast ben ik nogal curvy, en klein (1m57). In mijn ervaring is elk kledingstuk een probleem: heel vaak is kleding te lang, aan borsten en kont spant alles teveel, en aan schouders en taille zit het te los. Ik zou graag wat ecologischer en meer fairtrade winkelen, maar zelfs na shoppen op de Meir is het soms moeilijk om 1 of 2 stuks mee te nemen waar ik echt tevreden over ben, en het eco-aanbod is zoveel kleiner. Er is nog veel werk aan de (kleer)winkel!

  • Kim says:

    Fantastische schrijfster. Doordachte, maar toch zo voor-de-hand-liggende vergelijkingen. Gladys rocks paper!

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen