The Race Files

“We hebben geleerd een korps te zijn dat tussen de mensen staat”

The Race Files: Curd Maeseele over straatcultuur, criminaliteit en Arrogantwerpen

“We hebben geleerd een korps te zijn dat tussen de mensen staat”

In de rubriek The Race Files staart Dalilla Hermans 12 maanden lang het probleem dat racisme vandaag is recht in de ogen. In een reeks diepte-interviews gaat ze op zoek ga naar een antwoord op de vele vragen over discriminatie die ze de afgelopen jaren kreeg. “Een discussie over racisme als maatschappelijk probleem, wordt nog al te vaak gevoerd door blanke mensen.” Deze maand praat ze met Curd Maeseele, teamleider van de cel Diversiteit bij de politie van Antwerpen. Foto’s: Jason Asare.

File 3: Curd Maeseele, hoofd operationele cel Diversiteit Lokale Politie Antwerpen

DSCF4663

Curd (37) woont samen met een stoere madam en werd twee jaar geleden papa van dochter. Hij begon zijn carrière bij de politie in 2000 als inspecteur en leidt intussen de operationele cel Diversiteit van Lokale Politie Antwerpen.

Eerlijkheid gebiedt me te vertellen dat Curd en ik elkaar al jaren kennen. Gewoon via gemeenschappelijke vrienden ooit aan de praat geraakt, en uit wederzijdse interesse in elkaars leven (en een gedeelde passie voor filosofische babbels aan de toog) altijd vrienden gebleven. Het was voor de journalist in mij ongetwijfeld stoerder geweest als ik dit interview had losgekregen bij een flik van de straat, maar in de huidige tijdsgeest was dat simpelweg onmogelijk. In de media lezen we beschuldigingen van intern racisme aan het adres van Lokale Politie Antwerpen. Klopt dit beeld dat we voorgeschoteld krijgen van de Antwerpse Politie? Staat de straatcultuur lijnrecht tegenover de politiecultuur? Ik ben zelf immers al zo vaak in aanraking met de politie gekomen, onterecht. “Madammeke, laat uwe pas eens zien? Juffra, moogde gij hier wel zijn?” Niets nieuws voor wie er op het eerste zicht niet uitziet als een doorsnee blanke Vlaming. Ik wil van Curd weten of het beeld van de racistische blanke flik klopt. Ik liet zoals altijd de geïnterviewde kiezen waar het gesprek zou doorgaan. Ik hield mijn wedding-brunch in de Mokkakapot, dus dat koffiehuisje heeft sowieso een speciale plaats in mijn hart. Curd vond het vooral grappig om als flik met mij af te spreken in de ‘MOKKAKAPOT’! En daarmee was de toon gezet.

DSCF4595

Fijn dat je dit gesprek, on the record, met mij wil voeren. Ik begin graag bij het begin: waar liggen jouw roots?
Curd: “Ik ben geboren en getogen in Merksem. Mijn zus en ik hebben eigenlijk de meest gelukzalige jeugd denkbaar gehad. Mijn ouders zijn gelukkig getrouwd en nog altijd een voorbeeld voor me. Wij zijn echt een doorsnee middenklasse gezin. We zijn allemaal gek van basketbal, mijn pa is al jaar en dag bestuurslid, mijn zus en ik hebben altijd gespeeld. Ik was desondanks een beetje een rebel in mijn tienerjaren. Ik vond mijn draai niet meteen op school. Ik heb voor boekhouder gestudeerd, kun je dat geloven? (Dalilla: “Haha, nee!”) In het vijfde middelbaar was ik zo schoolmoe en onhandelbaar geworden dat ik in de haven van Antwerpen ging werken. Ik denk dat ik als enige persoon ooit ben ontslagen als jobstudent-havenarbeider voor onhandelbaar gedrag. Dus na die zomer heb ik mezelf door het laatste jaar humaniora gesleept. Na een zomer twijfelen meldde ik me aan voor de testen bij de politie. Met de klassieke motivatie: uitdaging, werkzekerheid, een gerust hart voor mijn moedertje,… Ik geraakte vlotjes door de testen, en begon aan de politieopleiding.”

Als politie kom je in de privésfeer, waar mensen zich veilig en afgeschermd achten. En dan zie je pas hoe mensen echt kunnen zijn.

Wat vond je zelf van die opleiding? Was je daarna voorbereid op ‘het leven zoals het is – flikken’?
“Ik was eerlijk gezegd heel tevreden van die opleiding. Ik leerde er veel, en aan een sneltempo. Je zal misschien denken dat het een mannenfestijn was, maar ook dat viel best mee. Mijn toenmalig lief leerde ik kennen op de politieschool. Vandaag is 33% van het korps vrouw, en dat is best een mooi percentage. Ik heb me geamuseerd in die opleiding, en ik heb er vrienden voor het leven gemaakt. Ik ben trouwens later nog een jaartje terug naar de politieschool gegaan om hoofdinspecteur te worden, en ook dat vond ik een kwalitatieve opleiding. Maar uiteraard kan je op de schoolbanken niet leren wat je op de straat leert.”

“Toen ik als 20-jarige afstudeerde als inspecteur en met mijn maat in dienst ging, was dat dus een enorme omwenteling. Ik werd samen met mijn partner, die enkele jaren ouder was en criminologie had gestudeerd, maar eigenlijk even groen was als ik, in hartje Borgerhout geplaatst. In die tijd was de omkadering voor beginnende agenten niet zo goed op punt als vandaag. We kregen een kantoortje in het aftandse politiekantoor aan het Moorkensplein. Het nieuwe kantoor in de Handelsstraat deed net zijn deuren open. Wij mochten kiezen: naar het moderne bureau, of blijven. Omdat we allebei op zoek waren naar authenticiteit kozen we voor de romantiek van het oude gebouw.”

“Wat we die eerste maanden en jaren zagen in Borgerhout… hallucinant. Net zoals vele plaatsen in een grootstad. Als politie kom je in de privésfeer, waar mensen zich veilig en afgeschermd achten. En dan zie je pas hoe mensen echt kunnen zijn.”

DSCF4531DSCF6130

Vertel, ik kan me daar moeilijk iets bij voorstellen. Is er een gebeurtenis die je bijblijft?
“Toen ik net startte gebeurde er iets dat ik tot de dag dat ik sterf zal meedragen. We werden opgeroepen voor een geval van huiselijk geweld. Toen we aankwamen, bleek een baby van 3 maanden vermoord te zijn. Door zijn junkie-ouders van de trap gegooid. Omdat de baby huilde. Omdat dat kind al drie dagen geen eten meer had gehad… Ik heb me daar, met moeite, weten over te zetten. Mijn collega was al vader, die heeft er psychologische ondersteuning voor gekregen.

Het idee dat er iets zou gebeuren met mijn kind, daar kan ik oprecht emotioneel van worden. Maar dat hoort bij de job, die onzekerheid moet je erbij nemen.

Wauw, als moeder kan ik me niet voorstellen dat je zoiets ooit van je af kan zetten…
“Nu ik zelf vader ben geworden, kijk ik er ook anders tegenaan. Op die leeftijd lukte het mij beter nadien door te gaan. Maar aan kinderen raak je niet, punt. Mijn vriendin is er ook niet altijd even gerust op. Ik vernam zoals iedereen in de media dat een Parijse collega van ons is vermoord in zijn eigen huis. Hij en zijn vrouw zijn in koele bloeden gedood in hun woning, voor de ogen van hun driejarig kind. Toen ze dat hoorde was mijn lief in paniek: ik ken zo veel mensen, het is al te makkelijk mij te vinden… Ik kan er zelfs moeilijk met jou over praten. Het idee dat er iets zou gebeuren met mijn kind, daar kan ik oprecht emotioneel van worden. (even stil, moet een paar keer slikken…) Maar dat hoort bij de job, die onzekerheid moet je erbij nemen. Je trekt je op aan de mooie momenten.”

DSCF4564

Vertel me een mooi moment!
“In dezelfde periode aan het Moorkensplein kregen we een oproep voor geluidsoverlast. Wij naar het opgegeven adres. Bleek het een Marokkaanse familie te zijn die de geboorte van een kind aan het vieren was. Ze hadden ons zelf gebeld! ‘Kom mee vieren agenten, er is nieuw leven, dat is feest voor iedereen.’ Daar stonden we, in ons uniformpje met onze mond vol tanden. Dan kan je twee dingen doen: of je maakt een pv op voor het onnodig oproepen van de politie, of je eet een taartje mee, drinkt een theetje en gaat met een zalig gevoel naar huis. We kozen de laatste optie en ik heb me nog jaren aan die ene avond opgetrokken.”

Jij was te gast op mijn trouwfeest. Dat werd stilgelegd door de politie, want we waren iets te enthousiast met de volumeknop. Die agenten waren supervriendelijk, en hebben ons echt nog wat speling gegeven. Waarom heb ik het gevoel dat dat de uitzonderingen zijn? Degenen die menselijk omgaan met situaties lijken voor mij als burger de uitzondering op de regel.

Als je voorbijgaat aan socio-economische factoren, is het makkelijk om foute conclusies te trekken. Maar kunnen we alsjeblieft de vertaling maken naar het echte leven, naar de realiteit?

“Als politieagent zie je bijna altijd de onderbuik van de maatschappij, je wordt opgeroepen als er iets misloopt. Je mag ook niet vergeten dat onze maatschappij soms erg verzuurd kan zijn. Jij en ik zitten hier nu vrolijk op een terras te kletsen. Als bijvoorbeeld de buurman vindt dat we te luid praten, gaat die niet komen vragen of we wat stiller willen zijn. Hij gaat de politie bellen en er gaat een patrouille moeten komen om het op te lossen. Die agenten zijn ook maar mensen. Die beseffen maar al te goed dat het soms belachelijk is dat ze hiervoor moeten komen of verzuchtten dat de mensen niet wat zelfredzamer zijn. Maar het is hun job om elke opdracht professioneel af te handelen.”

“Als politieagenten komen we voornamelijk in aanraking met de excessen van de maatschappij, de goede dingen gaan aan ons voorbij. Als je dan geen open geest hebt, geen diverse vriendenkring hebt of niet veel van de wereld hebt gezien, dan ga je af op feiten. De feiten zonder nuance tonen vaak dat in buurten met een grote bevolkingsdichtheid en veel diversiteit, meer criminaliteit is. Antwerpen kent vele nationaliteiten. Er wordt meer politie ingezet op die plaatsen, wat resulteert in meer vaststellingen en dus hogere cijfers.”

“Als je dat niet kan kaderen in een groter besef van de maatschappij, als je voorbijgaat aan socio-economische factoren, is het makkelijk om foute conclusies te trekken. Maar kunnen we alsjeblieft de vertaling maken naar het echte leven, naar de realiteit?”

DSCF6154

Ik denk dat we daarmee aan de hete brij gekomen zijn, de reden waarom ik je wilde interviewen. Jullie beseffen als korps zélf dat jullie een enorm zwakke reputatie hebben op vlak van racisme en discriminatie. Ik weet dat er efforts gedaan worden, en wil je de kans geven toe te lichten waar je zoal mee bezig bent en hoe jullie dit probleem trachten aan te pakken.
“Ik ben me er inderdaad meer dan bewust van dat we ons imago tegen hebben. Maar dat is grotendeels onterecht. De politie is volop aan het hervormen. Ik wil zéker geen steen gooien naar mijn oudere collega’s, want zij opereerden in de geest van hun tijd. Hun ervaring en kennis zorgen voor een grote meerwaarde binnen ons korps. De maatschappij van nu is helemaal anders dan pakweg 75 jaar geleden. Vroeger werd de politie gezien als een repressieve macht. Je werd opgeleid om criminaliteit aan te pakken op een bestraffende manier. Maar repressie werkt bijna nooit. Dat is een noodmiddel om een situatie te de-escaleren, als praten niet meer werkt. Dreigt het te ontploffen, dan grijp je even hard in. Onze voorgangers zijn echter niet zo opgeleid. Hen werd aangeleerd dat je repressief en autoritair moest zijn.”

Repressie werkt bijna nooit. Het is een noodmiddel om een situatie te de-escaleren. Onze voorgangers zijn echter niet zo opgeleid. Hen werd aangeleerd dat je repressief en autoritair moest zijn.

“Vandaag zijn er bijvoorbeeld teams die enkel en alleen aan bemiddeling doen. Die moeten er bijvoorbeeld voor zorgen dat het bij manifestaties niet hoeft te komen tot repressieve acties. We hebben onszelf echt in vraag gesteld. We volgen allerlei opleidingen. Over straatcultuur, over hangjongeren, over omgaan met diversiteit. We gingen partnerschappen aan met jongerenwerkingen, met buurtverenigingen. Dat netwerk is van onschatbare waarde. En we beseffen ook echt dat we niet alleen in woord maar ook in daad die partnerschappen moeten aangaan. We moeten pràten met jeugdwerkers, banden smeden. We hebben terug geleerd een korps te zijn dat tussen de mensen, en ook tussen jongeren staat. Deze visie straalt af op heel het korps, en wordt erdoor gedragen. We zien de grote meerwaarde in van interne en externe diversiteit. We geloven nog steeds in de dialoog tussen onze partners en onszelf.”

DSCF4557

Mag ik daar toch even kritisch over zijn? Ik geloof best dat jullie die maatregelen nemen, ik zie dat in mijn werk binnen de jeugdsector. Maar als gewone burger merk je er weinig of niets van. Als burger met een kleurtje krijg je heel erg het gevoel dat jullie tégen ons zijn. En daar wordt niet over gesproken. Ik wil niet meegaan in een wij-zij verhaal, maar het is moeilijk de politie als partner te zien. Als het korps van racisme wordt beschuldigd stoot dat op een muur van onbegrip. Kan jij begrip opbrengen voor jongeren van andere origine die de politie als racisten beschouwen?
“Tuurlijk. Ik begrijp de frustratie.”

Zeg je nu dat het politiekorps inderdaad racistisch is?
“Nee, absoluut niet. Maar ik erken dat ons imago verkeerd zit, dat er op vlak van communicatie gaten vallen. Ik zal een concreet voorbeeld geven: twee jaar geleden liep ik voor het eerst mee in de Gay Pride-parade. Intern zijn er dan discussies geweest over of wij daar als korps wel een plaats hadden. We hebben het toch gedaan. Op zich is die strijd gelijkaardig. Er was een tijd dat als je een politiekantoor binnenstapte en zei: ‘ik ben homo, ze hebben me aangevallen’, je werd wandelen gestuurd op het bureau. Dus ik wandel in die parade, en ik zie een hoop vijftigers en zestigers aan de zijlijn staan, die spontaan beginnen huilen wanneer ze ons zien. En die tranen waren er omdat wij als politie eindelijk een publiek, open signaal gaven: wij zijn hier ook voor jullie, ongeacht geaardheid, huidskleur, etniciteit, handicap… Ik vond dat ongelofelijk, en het deed me beseffen van hoe ver we komen.”

“Er loopt nu een campagne die ‘Meld het!’ heet. Intern vertaalt dat zich bijvoorbeeld ook naar het bespreekbaar maken van moeilijke diversiteitsthema’s. We bieden collega’s steun in het behandelen van klachten rond bijvoorbeeld haatmisdrijven en we vestigen de aandacht op de gevoeligheden. Er is namelijk een grote impact voor de slachtoffers en hun gemeenschappen. Ze worden slachtoffer van een feit omwille van een persoonlijk kenmerk. Deze campagne is geen lege doos voor de slachtoffers. Intern zijn er opleidingen over dit thema en worden collega’s ondersteund, er zijn duidelijke afspraken met bijvoorbeeld magistraten van de rechtbank te Antwerpen. Onze eigen referentieambtenaren volgen alle zaken nauwlettend op. Voor de korpsleiding, parket en het stadsbestuur is de strijd tegen haatmisdrijven een belangrijk thema. We geven hierdoor een duidelijk signaal: bij ons kan je een luisterend oor vinden. Als je gevallen van discriminatie niet meldt, bestaan ze niet. Dat geeft ons dan weer minder mogelijkheden om er kwalitatief aan te werken.”

Een van de beste citaten die een oudere collega me ooit gaf: ‘Als ge vindt dat ge in een wereldstad woont, moet ge kunnen verdragen dat de wereld in uw stad woont.’

Mooie actie, maar toch: ik lees en hoor constant verhalen van mensen die ‘het melden’ en worden weggelachen of niet serieus worden genomen als het gaat over racisme of discriminatie.

“Ik ga daar eerlijk in zijn, wij zijn een organisatie van 2700 mensen. Het duurt enige tijd om iedereen van een gepaste opleiding te voorzien of om een zekere gevoeligheid rond het thema te ontwikkelen. De beleidslijnen zijn uitgezet, de ambitie beter te doen is er. Dat gaat er komen. We vormen en begeleiden, de mentaliteitswijziging is er. Er wordt nooit gesproken over de 99% topcollega’s. Zoals er nooit wordt gesproken over de 99% topallochtonen, voor zover je nog over allochtonen kan spreken.”

“Wij leven hier in ‘Arrogantwerpen’, zoals soms met een kwinkslag wordt gezegd. Een van de beste citaten die een oudere collega me ooit gaf: ‘Als ge vindt dat ge in een wereldstad woont, moet ge kunnen verdragen dat de wereld in uw stad woont.’ Ik kan met mijn hand op mijn hart zeggen dat die verandering er binnen afzienbare tijd gewoon is. Ik heb echt het volste vertrouwen in de weg die we zijn ingeslagen.”

DSCF6134

Zal ik dan even eerlijk zijn, Curd: mijn grootste frustratie is het gebrek aan ‘mea culpa’. Telkens als er iemand van andere origine onheus behandeld wordt door de politie, sluiten jullie de rangen en wordt er op geen enkele manier toegegeven door politiewoordvoerders of leiding dat er iets fout gebeurde. Enkele weken terug werd rapper Typhoon opgepakt in Nederland omdat hij te donker was voor zijn mooie auto. De politie daar gaf vlot toe dat het om racial profiling ging, dat er een fout werd gemaakt. Waarom gebeurt dat hier nooit?
“Dat gebeurt hier heus wel, ik kan je voorbeelden geven. Maar bij de zwaar gemediatiseerde gevallen misschien te weinig. Er is hier nog wel ruimte voor verbetering. Ik heb geen standaard antwoord voor waarom het niet vaak gebeurt, maar ik kan je wel zeggen dat wij een heel goed, autonoom controleapparaat hebben, dat echt goed werk levert. Er hangen echt sancties vast aan onheus gedrag, maar daar wordt niet altijd over gecommuniceerd.”

We zijn een steeds diverser korps, de nieuwe agenten die wij aanstellen zijn opgegroeid in een hyperdiverse maatschappij en staan met twee voeten in de wereld.

Dat is dan toch een probleem.
“Wij moeten altijd het onderzoek afwachten, dat is nu eenmaal zo. Een onderzoek afwachten duurt soms even, en achteraf is het vaak niet meer opportuun om maanden na datum nog te communiceren over een voorval. Ik begrijp dat dat niet altijd duidelijk lijkt, maar zo werkt het systeem. Wij missen zo vaak de kans snel te reageren en de publieke opinie mee te bepalen. Dat is een kruis, en we dragen dat waardig (knipoog).”

Ik zou iets meer transparantie willen over dat onderzoek bij klachten. Hoe lang gaat dat duren? Welke stappen worden ondernomen?
“Ja, dat wil ik begrijpen. Maar we houden ons aan de strikte procedures* die we hebben. En ik verzeker je nogmaals dat elke klacht au sérieux genomen wordt, en we ons heel erg bewust zijn van onze positie.”

Denk je dat je als consequente anti-racist, iemand die gruwelt van het woord ‘neger’ en op elke racistische opmerking reageert, een plaats kunt hebben in jouw politiekorps?
“Volmondig ja! Ik hoef daar zelfs niet over na te denken. Ik ben zelf zo iemand. En ik zie elke dag verbetering, ik zie constant positieve nieuwe initiatieven. We zijn ook een steeds diverser korps, de nieuwe agenten die wij aanstellen zijn opgegroeid in een hyperdiverse maatschappij en staan met twee voeten in de wereld.”

DSCF4567

In het verlengde van die vraag: als je vandaag de dag als agent goochelt met ‘makak’, ‘neger’, ‘mocro’ etc., word je daar dan op aangesproken?
“Sterker nog, als je dat doet in die mate dat het strafbaar wordt, beginnen wij zélf een zaak. Als het niet van die aard is dat het strafrechtelijk is, wordt het charter van je functieprofiel erbij gehaald. Dat charter zegt wat de gedragsregels bij de politie zijn. Er hangt altijd een sanctie aan vast als je die gedragsregels niet volgt. Maar die sanctie moet niet altijd bestraffend zijn, het kan ook gaan over coaching- of bewustmakingstrajecten. We winnen bij een mentaliteitswijziging, niet bij een collega die we verder laten verzuren.”

Laat me eindigen bij de vraag die ik altijd afsluitend stel: wat denk jij, jij als Curd – niet jij als flik, dat de oplossing is voor het racisme in Vlaanderen?
“De oplossing bezit ik niet, helaas. Maar ik snap niet waarom het onderwijs niets meegeeft over hoe de volledige wereldgeschiedenis eruitziet. Waarom krijgen wij amper les over de Arabische of de Afrikaanse geschiedenis? Waarom krijgen wij enkel de mooie stukken van onze eigen geschiedenis mee en wordt de periode in Congo haast doodgezwegen? Waarom moet ik als 18-jarige zelf op zoek naar wat daar juist gebeurde? Waarom krijg ik op een gegeven moment de keuze uit de drie landstalen en misschien nog Spaans of Engels, of zelfs Italiaans, maar kan ik geen Arabisch volgen?

Ik snap niet waarom het onderwijs niets meegeeft over hoe de volledige wereldgeschiedenis eruitziet. Waarom krijgen wij amper les over de Arabische of de Afrikaanse geschiedenis?

“We leven in een super diverse maatschappij, hoe kan het dat ons onderwijs daar niet aan aangepast is? Dat geeft aan kinderen met een andere achtergrond die iets meer willen weten over hun roots het idee dat ze het moeten gaan zoeken in hun eigen achterban. Ik zou het bijvoorbeeld fantastisch vinden als mijn dochter thuis zou komen met verhalen die ze leerde over het Rifgebergte. Ik wil er zelf met de motor doorheen rijden, en liefst morgen. Wat me ook enorm opvalt: als ik als blanke Vlaming wordt uitgenodigd op een Iftar tijdens de Ramadan zie ik dat andere blanke Vlamingen daar met open armen worden ontvangen. Ze zijn misschien initieel binnengewandeld voor het gratis eten, maar ze stappen buiten met een breder begrip van de wereld. De ‘andere culturen’ willen, we moeten het alleen zien. Mijn advies, hoe cliché dan ook, is dus: kom buiten en stap eens een gekleurde deur binnen. Leer elkaar kennen. Als je geen geld hebt om op reis te gaan: ga eens op reis in deze stad waar 175 nationaliteiten samenleven!”

DSCF4600

*Aanvullende noot van de Cel Communicatie van de Politie: Op het moment van onderzoek naar klachten is het niet aan de politie om te communiceren. De politiewoordvoerder is dan verplicht om journalisten rechtstreeks door te verwijzen naar de parketwoordvoerder.

Lees hier alle interviews in The Race Files

jason

Jason Asare (29) is naast bartender ook freelance fotograaf. Hij kocht zijn eerste camera tijdens een lange reis door Azië en Australië, en liet hem sindsdien niet meer los. Waar Jason gaat, gaat zijn camera mee. Intussen is hij huisfotograaf van onder andere Vivid (partyconcept in Antwerpse club Public) en van Rock Werchter. Hij specialiseerde zich in event-, street- en portretfotografie en bouwde een serieuze reputatie op. Te lang op dezelfde plaats blijven is niet aan hem besteed, de volgende trip naar een exotische bestemming ligt alweer vast. Volg Jason op VSCO en op Instagram.

 

 

Dit artikel kwam tot stand met steun van een projectsubsidie Mediabeleid van het Departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media, Afdeling Cultuur en Media

Schrijf je reactie

4 reacties
  • Hoi Dalillah,
    Ik heb een vraag voor Curd, misschien dat hij dit hier leest, of je aan z’n mouw kan trekken….
    Ik vind het top dat er allerlei opleidingen worden gevolgd door het korps: ‘over straatcultuur, over hangjongeren, over omgaan met diversiteit’. Ik vraag me af of er het hier enkel gaat over diversiteit in cultuur, of dat het korps ook wordt opgeleid om om te gaan met mensen met beperkingen, ‘die andere soort diversiteit’ :).
    Ik heb namelijk nogal wat contacten in autisme-kringen, en daar heerst er de laatste tijd (gezien de terreurdreiging) ongerustheid over eventuele confrontaties met de politie. Mensen met autisme zien er niet anders uit, maar gedragen zich vaak anders- en in de ogen van een politie-agent kan dat gedrag (verkeerdelijk) worden ingeschat als ‘non-compliance’.

    In de States is het schering en inslag dat mensen met autisme worden neergeschoten omdat ze niet ‘correct’ antwoorden op instructies van agenten. Net nog was er de zaak van de zwarte man die neergeschoten werd terwijl hij op de grond lag met zijn armen in de lucht; bleek dat de politieman in kwestie eigenlijk mikte op de autistische man naast hem (die niet begreep wat er gebeurde en bleef zitten spelen met zijn speelgoedtruck (http://n.pr/2a1ipcc).

    In België hebben we (gelukkig) een andere politiecultuur, maar nu er terreurdreiging heerst en er al eens onverwachte controles worden uitgevoerd, zijn veel mensen in de autisme-gemeenschap ongerust. Ze zeggen dat ze bang zijn om in een kritieke situatie niet correct te reageren en zullen misbegrepen worden als ‘verdacht’. Sommige mensen met autisme dragen veel te warme kledij op zomerdagen, bijvoorbeeld (remember de winterjas in Brussel). Sommigen onder hen kunnen verbale instructies niet snel verwerken, laat staan bevelen opvolgen. Voor anderen is de confrontatie met een paar autoritaire, zwaar bewapende mannen op zich al genoeg om onrustig en zenuwachtig te worden en zich ‘vreemd’ te gedragen. Kortom, de schrik zit er bij sommigen dik in. Kan Curd daar iets over zeggen? Bedankt alvast!

    • Dalilla Hermans says:

      Hey Stephanie,
      Ik speel je vraag zeker door! Belangrijk aandachtspunt, en zeker een gesprek waard!

  • Usi says:

    Het is spijtig hoe demagogen aan het woord worden gelaten. Je zegt zelf dat het altijd de blanken zijn die de oplossing zoeken tegen racsime. En dan doe je het weer. Het is helaas gemakkelijker aan de mens in de straat te vragen hoe racisme op te lossen. Het antwoord zal simpel maar hard zijn. En dat is wat nooit kan of zal kunnen in een corps dat verschijnselen toont van een bende. Ik heb als gekleurde jongen meerdere malen een gesprek willen aangaan ipv een discussie maar dat wordt weggeblazen. Dus dit artikel is helaas naast de mooie quotes over een wereldstad , klinkklare pr voor het corps. Spijtige maar mooi geprobeerd, en dat meen ik. Alle beetjes helpen, maar het moete de juiste zijn.

    • Dalilla Hermans says:

      Hoi Usi,

      Bedankt voor je reactie, en bedankt het stuk te lezen. Ik begrijp wat je zegt. Dit interview is echter onderdeel van een reeks van 12 waar mensen met allerlei achtergronden aan het woord (zullen) komen. In dit geval wilde ik graag de mening van iemand die ‘insider’ is bij de politie horen, want die had ik zelf nog niet gehoord. Maar daarbij laten we het niet. Ik wil echt een breed spectrum aan mensen interviewen, en vooral mensen die anders niet al te vaak aan bod komen. Dat Curd hier zijn goede bedoelingen en de goede bedoelingen van zijn corps toelicht, vind ik begrijpelijk en een stap in de goede richting. Als we dialoog eisen moeten we immers ook bereid zijn te luisteren. Maar ik snap heel goed dat jij de dingen anders ziet, en je zal daarin niet alleen zijn. Babysteps in de juiste richting zijn beter dan geen beweging, toch? Als je zin hebt andere klanken te horen en anderen aan bod te laten komen, volg dan de 12 interviews, je zal zien dat het echt niet weer enkel blanke mensen zijn die aan bod komen…

Dalilla Hermans is geboren in Rwanda en geadopteerd. Ze heeft er haar missie van gemaakt om racisme en discriminatie bespreekbaar te maken en aan te pakken. Ze schrijft regelmatig stukken over dit thema voor Charlie en heeft een tweewekelijkse column in De Standaard. In 2017 kwam 'Brief aan Cooper en de wereld' uit bij Manteau, een autobiografisch boek met een scherp maatschappijkritisch randje. In 2018 leverde ze een bijdrage aan de bloemlezing "Zwart -Afro-europese literatuur uit de Lage Landen". Later dat jaar verscheen bij Davidsfonds haar kinderboek "Brown Girl Magic". In 2019 verscheen de thriller "Black-out" (uitgegeven bij Horizon), haar eerste fictieboek voor volwassenen. Vanaf september 2019 is Dalilla seizoensdenker van Concertgebouw Brugge en momenteel schrijft ze ism Mungu Cornelis de monoloog 'Epiphany' die later dit jaar in première gaat bij NTGent.

Colofon

Adres Redactie

Toko Space t.a.v. Charlie Magazine
Statiestraat 139
2600 Antwerpen